Namen controleren

In Microsoft Office Outlook Web Access kunnen namen die gedeeltelijk in de adresvelden zijn getypt alleen worden aangevuld tot de corresponderende e-mailalias als de gedeeltelijke naam uniek is. Als de adreslijst bijvoorbeeld de aliassen john en johnny bevat en u john typt, levert de naam john geen volledige overeenkomst op en wordt deze niet herkend. Dit komt doordat zowel john als johnny aan john kunnen worden gekoppeld. De naam john wordt tevens in rood weergegeven om aan te geven dat de naam niet uniek is.

Als u een bericht probeert te verzenden aan een of meer geadresseerden die niet kunnen worden gekoppeld aan een e-mailalias, wordt het dialoogvenster Namen controleren geopend. U kunt de namen die niet zijn omgezet uit de lijst van geadresseerden verwijderen of een vergelijkbare naam selecteren die door Outlook Web Access in het adresboek is gevonden.

  1. Klik op Namen controleren Knopafbeelding op de werkbalk. Niet-omgezette namen worden rood weergegeven.
  2. Selecteer Deze geadresseerde verwijderen uit de lijst in het dialoogvenster Namen controleren en klik vervolgens op OK als u de niet-omgezette naam wilt verwijderen.
  3. Als u meer informatie wilt bekijken over een of meer van de vergelijkbare namen in de lijst onder Wijzigen in, zoals het huisadres of het telefoonnummer, selecteert u de naam en klikt u vervolgens op Eigenschappen.
  4. Als u de niet-omgezette naam wilt wijzigen in een van de namen onder Wijzigen in, selecteert u de naam en klikt u vervolgens op OK.

Tip  Er worden maximaal 100 namen weergegeven waaruit u kunt kiezen. Als u de gewenste geadresseerde niet kunt zien, moet u de oorspronkelijke naam die u hebt getypt verder aanvullen.

Terug naar boven



Berichten opmaken

Gebruik de werkbalk Opmaak voor het opmaken van e-mailberichten. Via de volgende opdrachten kunt u het uiterlijk van tekst en de indeling van het bericht wijzigen.

Optie Beschrijving
Stijl Hiermee worden de berichtstijlen weergegeven. De standaardinstelling is Normaal.
Lettertype Hiermee worden de tekenstijlen weergegeven die u voor tekst kunt gebruiken.
Tekengrootte Hiermee worden de beschikbare tekengrootten weergegeven.
Letterkleur Hiermee worden de beschikbare tekstkleuren weergegeven.

B  I  U

Hiermee wordt de geselecteerde tekst vet, cursief of onderstreept weergegeven.
Tekst links uitvullenTekst centrerenTekst rechts uitvullen Hiermee wordt de tekst uitgelijnd.
Opsommingstekens Hiermee maakt u een lijst met opsommingstekens.
Genummerde lijst Hiermee maakt u een genummerde lijst.
Inspringing vergrotenInspringing verkleinen Hiermee vergroot of verkleint u de inspringing van de tekst.
Tekst van links naar rechtsTekst van rechts naar links Hiermee stelt u voor afzonderlijke paragrafen in dat de tekst van links naar rechts of van rechts naar links loopt. Voor deze optie is Microsoft Internet Explorer 6 of hoger vereist.

Het standaardlettertype wijzigen dat wordt gebruikt voor alle berichten

  1. Klik op Opties in het navigatiedeelvenster.
  2. Klik op Lettertype kiezen onder Berichtenopties.
  3. Selecteer een lettertype, een tekenstijl en een grootte in het dialoogvenster Lettertype en klik vervolgens op OK.

Terug naar boven



De urgentie van een bericht instellen

In Outlook Web Access kunt u de urgentie van een bericht instellen op Hoog, Laag of Normaal. Dit geldt voor alle berichten die u verzendt of post, waaronder nieuwe berichten, antwoorden en doorgestuurde berichten. Berichten die niet met een hoge of lage prioriteit zijn gemarkeerd, hebben standaard een normale urgentie.

Opmerking  U kunt de urgentie van berichten ook instellen in Opties onder Berichtopties. Zie Berichtopties instellen.

Terug naar boven



Berichtopties instellen

Door op Opties te klikken op de werkbalk Bericht kunt u een aantal functies van Outlook Web Access toevoegen aan berichten. U kunt de volgende functies toevoegen aan nieuwe berichten, antwoorden en doorgestuurde berichten:

Terug naar boven



Een bericht opslaan

U kunt berichten die u op een later tijdstip wilt verzenden of afmaken opslaan. Dit is van toepassing op nieuwe berichten, maar ook op berichten die u wilt doorsturen. Opgeslagen berichten worden standaard in de map Concepten opgeslagen.

Een bericht opslaan

  1. Open het bericht.
  2. Klik op de werkbalk op Opslaan.

Tip  Als u een opgeslagen bericht wilt openen, dubbelklikt u hierop in de map Concepten.

Terug naar boven



Een bericht verzenden

Terug naar boven


Copyright Microsoft Corporation 2003.
Alle rechten voorbehouden. Gebruiksvoorwaarden.